Top

Geschiedenis

De vloot

Zo’n honderd jaar geleden ging het meeste vrachtvervoer in Nederland over het water, onder zeil. Alle platbodems die wij nu binnen de chartervloot kennen, zeilden tussen de vele landbouwhaventjes, dorpen en steden om vracht over en weer te vervoeren. De haventjes en veel van de vaargebieden waren niet diep, hierom werd het platbodemschip uitgevonden. In plaats van een kiel kregen deze schepen zijzwaarden die opgehaald konden worden als het te ondiep werd.

Nadat de industrialisatie en daarmee de schaalvergroting haar intrede hadden gedaan werden de zeilschepen eerst uitgerust met een hulpmotor, later werden de masten er veelal af gehaald. Toen er steeds grotere motoren voor in de schepen kwamen konden de schepen zelf ook meegroeien, zodat er steeds meer vracht mee kon. De Klippers, Tjalken en Aken werden hierdoor te klein voor de vrachtvaart.

Gelukkig kregen een aantal schippers het idee met vrienden en familie te gaan zeilen, zo ontstond de charter zeilvloot. Hierdoor zijn veel oude zeilschepen in Nederland behouden gebleven. Nergens anders op de wereld zijn er zoveel oude schepen die nog zeilen. In het noorden van Nederland (bijvoorbeeld in Enkhuizen en Harlingen) is de vloot veel groter dan in Zeeland. Wiebe heeft ook een aantal jaar in ‘het noorden’ gevaren. Hij voer onder andere vanuit Monnickendam, Enkhuizen en Harlingen om nog meer kennis op te doen. Toch keerde hij weer terug naar Zeeland. Juist omdat er in dit mooie gebied niet veel platbodems varen, zien wij hier kansen.

In Zeeland was vroeger de Beurtvaart een bijzonder grote sector. Er waren nog geen dammen en bruggen tussen de eilanden en dus werd al het vracht- en personenvervoer met platbodems gedaan. Na de aanleg van de Deltawerken was het over voor de beurtvaart en werden veel schepen verkocht of gesloopt.

In de jaren negentig van vorige eeuw voeren er toch nog een aantal zeilschepen als charter op de Zeeuwse wateren rond, maar de afgelopen jaren zijn er steeds minder over gebleven. Wij willen met Vrijbuiter weer een begin maken van een groeiende zeilvloot in Zeeland. Dit doen wij onder andere door zo veel mogelijk samenwerkingen met andere schepen aan te gaan en in te zetten op verschillende markten (vracht/charter/educatie etc.). Op de meeste schepen in Zeeland heeft Wiebe als schipper gevaren en wij hebben goed contact met de andere schippers van bijvoorbeeld de Stoere Eenvoud in Tholen, de Avontuur in Goes en natuurlijk de Scaldis in Zierikzee. Wij willen de schoonheid van de wateren van Zuidwest Nederland met zo veel mogelijk mensen delen.

Het schip

Het schip Vrijbuiter is in 1901 gebouwd in Meppel voor de vrachtvaart. Met de 23 meter lengte en 5.20 meter breedte is het een middelgrote Tjalk en dat was precies wat wij zochten (doordat het schip niet te groot is, blijft het contact met de groep gewaarborgd). In eerste instantie voer het schip zonder motor uitsluitend onder zeil, later is er een motortje in gekomen. In de jaren tachtig van de vorige eeuw kocht Wil van der Linge het schip, het was toen bijna een leeg casco. Hij bouwde eigenhandig het typerende roefje en deed ook veel andere verbouwingen. Eigenlijk was zijn plan om er op te gaan wonen maar al snel begon hij ook met charteren. We kunnen dus zeggen dat de Albatros (zoals het schip toen nog heette) een van de zeilcharters van het eerste uur is geweest. Wil heeft zo’n 40 jaar met dit schip rondgevaren en vond het in 2020 wel welletjes: wij kochten het in het najaar van 2020 en doopten het schip om tot Vrijbuiter. Wij hopen zo lang mogelijk met deze mooie Tjalk te kunnen zeilen.

 

Keuring en Zeevaartschool

Doordat  de regelgeving en de keuringen voor de zeilende chartervloot zijn toegenomen is onze sector steeds professioneler geworden en is varen met deze schepen veilig. Vrijbuiter voldoet aan alle eisen. In het najaar van 2022 werd gekozen voor een stalen mast en een stalen giek om de veiligheid te blijven waarborgen. De mast en het tuigage worden goed nagelopen en het schip gaat elke twee jaar uit het water om na een vlakkeuring ook het onderwaterschip weer goed in de verf te zetten.

Door de professionalisering van onze vloot ontstond er steeds meer vraag naar goede scholing. Hierom werd in Enkhuizen een school opgericht speciaal gericht op de zeilende beroepsvaart: de Enkhuizer Zeevaartschool. Van over de hele wereld komen mensen om hier te studeren en diploma’s te behalen om daarna aan te monsteren als professionele bemanning van een zeilschip. Wiebe zelf heeft kleine en grote zeilvaart op de Enkhuizer Zeevaartschool gestudeerd. Na een aantal jaar op zee en de nodige extra cursussen is hij nu ‘Master of all sailing ships’.

Horizon

Met de zeilsector ging het onder andere door het Corona virus niet erg goed, vaste markten vielen weg en er moest op andere manieren gedacht worden om te overleven. Natuurlijk is het een vreemd moment om een bedrijf op te richten maar aan de andere kant hebben we het idee dat juist nu het een goed moment is. Mede door Corona is er meer en meer het besef dat er een grens overschreden is aan globalisatie en wereldwijd toerisme. Nederland vindt haarzelf weer uit en ziet dat het ‘hier ook mooi is’. Wij denken dat Ecotoerisme steeds meer de toekomst zal zijn. Daarnaast willen we de zeilende vrachtvaart die op zee steeds meer uitbreidt ook binnen Nederland verder op gang helpen. Consumenten willen weten waar hun voedsel vandaan komt en een zeilschip is een uniek middel om dit aan te tonen.  Door verschillende mensen en bedrijven met elkaar te verbinden denken wij een netwerk en platform te creëren en hopen we hierdoor naast ons schip op een duurzame manier te exploiteren ook een kleine schakel te zijn in de weg naar een groenere toekomst.